Wanneer planten
Bloembollen planten doe je ongeveer vanaf half september tot half december. Hoe eerder ze in je tuin staan, hoe vroeger ze het volgende voorjaar in bloei komen. Alleen tijdens de vorstperiode en bij een te natte grond mag je de bloembollen niet in de grond zetten, ze zullen dan namelijk gelijk bevriezen of verrotten.
Stappenplan
Het is niet moeilijk om bloembollen te planten. Eigenlijk is het belangrijker om goed te letten op de bloeitijden, zodat je bijna het hele jaar bloeiende bloemen in je tuin hebt staan. Je kunt bollen ook in een pot planten. De bollen planten doe je in de volgende drie stappen.
Een luchtige grond is belangrijk, dus probeer de grond eerst goed los te werken voordat je gaat planten.
Met een speciale bollenplanter, of een plantenschop, maak je daarna een gat in de grond. De diepte van het plantgat is afhankelijk van de grootte van de bloembol. Neem ongeveer twee tot drie keer de dikte van de bol voor de diepte van het plantgat.
Plaats de bollen in het gat en vul aan met grond.
Bloeitijden
Als je bij het planten rekening houdt met de bloeitijden van de bloembollen, kun je op dezelfde plek telkens andere hoogtepunten creëren. Plant bijvoorbeeld eerst wat vroegbloeiende soorten, bijvoorbeeld verwilderingsbollen zoals sneeuwklokjes. Dan kun je overgaan naar de narcissen, waar je vroeg- en laatbloeiende van hebt, en tot slot kies je voor tulpen. Ook kun je bladverliezende soorten, zoals hortensia’s of siergrassen, combineren met vroegbloeiende soorten, zoals narcissen. Plant de groepen narcissen voordat je bladverliezende soort in blad komt. Op deze manier kun je twee keer gebruik maken van hetzelfde stukje grond.